powered by
 |
|
|
|
|
Doel van diverse milieuvoorschriften in het nieuwe Bouwbesluit 2012 is het beperken van de schadelijke effecten op het milieu van het materiaalgebruik bij de bouw, beheer en sloop van woningen en woongebouwen en van kantoren met een gebruiksoppervlakte (GO) van meer dan 100 m2. Het bepalen van de materiaalgebonden milieubelasting moet gebeuren op basis van LCA (levenscyclusanalyse). Hiervoor schrijft het Bouwbesluit 2012 een kwantitatieve bepalingsmethode voor.
Bepalingsmethode milieuprestatie
Artikel 5.9 van het Bouwbesluit 2012 schrijft voor dat de milieuprestatie van het gebouw moet worden gekwantificeerd via de 'Bepalingsmethode Milieuprestatie Gebouwen en GWW-werken: Berekeningswijze voor het bepalen van de milieuprestatie van gebouwen en GWW-werken gedurende hun hele levensduur, gebaseerd op de levenscyclusanalysemethode (LCA-CML2)'. Stichting Bouwkwaliteit (SBK) publiceerde deze methode op 1 juli 2011. De huidige, iets herziene publicatie dateert van november 2011. Het Bouwbesluit 2012 vereist dat de berekening van de materiaalgebonden milieuprestatie van het gebouw of bouwwerk wordt ingediend bij de aanvraag van een omgevingsvergunning.
Met de methode is eenduidig vast te stellen hoe groot de uitstoot van broeikassen en de uitputting van grondstoffen is van de verschillende constructieonderdelen van een gebouw. Ofwel: van het casco en de bouwkundige bekleding/afwerking, exclusief inrichting en aankleding. Het Bouwbesluit 2012 stelt de methode verplicht voor nieuwbouw van woningen en woongebouwen en voor nieuwe kantoorgebouwen met meer dan 100 m2 GO en al of niet met kantoorgerelateerde nevenfuncties zoals een bedrijfsrestaurant en vergadercentrum.
Voor de prestatieberekening moet het gebruiksoppervlakte van eventuele nevenfunctie(s) worden opgeteld bij het GO van de kantoorfunctie zelf. Deze eis geldt níet als het gebouw – naast een kantoorfunctie – tevens geheel andersoortige functies vervuld (niet ten dienste van het kantoor), zoals winkels of sportaccomodatie.
De bepalingsmethode beoogt een standaardisatie in het berekenen van milieuprestaties. Een berekening in bijvoorbeeld GPR Gebouw, GreenCalc, DuboCalc, EcoQuantum of Eco-Install moet altijd hetzelfde eindresultaat geven, in milieueffectscores en milieukengetallen.
Aan de basis van de bepalingsmethode staat de NEN 8006:2007. Deze norm richt zich echter op bouwmaterialen, -producten en -elementen. Daarom zijn extra regels en formules op gebouwniveau in de methode opgenomen. Overigens gaat NEN 8006 over enige tijd plaats maken voor de Europese normen EN 15804 en EN 15798.
Het Bouwbesluit 2012 vereist vooralsnog geen grenswaarden aan de milieuprestatie. Zo krijgt de bouw gelegenheid om ervaring op te doen met milieuprestatie-eisen en berekeningen.
Nationale Milieudatabase
Welk rekeninstrument ook wordt gebruikt, de rekengegevens moeten altijd worden onttrokken aan de Nationale Milieudatabase van Stichting Bouwkwaliteit (SBK). De Nationale Milieudatabase bevat onder meer productkaarten, met informatie over samenstelling en hoeveelheden en de MilieuRelevanteProductInformatie (MRPI's).
In de database zijn zowel merkgebonden-getoetste, merkongebonden-getoetste en merkongebonden-niet getoetste data op te nemen. Hier kunt u de SBK-documenten downloaden met informatie over de opnameprocedure, het toetsingsprotocol en de voorwaarden aan toetsingsbureaus.
In de huidige versie 1 van de Nationale Milieudatabase (gepubliceerd in november 2011) zijn alle productkaarten voor gebouwen verwerkt. De kaarten voor grond-, weg- en waterwerken worden binnenkort apart aan de verzameling toegevoegd. Het actuele overzicht van de database-inhoud vindt u hier.
